Schenkingsbelasting bij leningen met rentevoordeel

News  >  Schenkingsbelasting bij leningen met rentevoordeel

Arbeitsrecht-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte
Steuerrecht-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte
Home-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte
Arbeitsrecht-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte

Uitspraak van het Bundesfinanzhof van 31.07.2024 – Az. II R 20/22

 

Wanneer vrienden of familieleden elkaar een lening verstrekken, rekenen ze vaak slechts lage rente of zien er geheel van af. Hierbij moet men oppassen. Als het rentepercentage aanzienlijk lager ligt dan de gebruikelijke marktrente van de bank, kan de belastingdienst het rentevoordeel als schenking beschouwen en schenkbelasting eisen. Het Bundesfinanzhof (BFH) heeft met de uitspraak van 31 juli 2024 over de vaststelling van de schenkbelasting bij laagrentende leningen duidelijk gemaakt dat de verstrekking van een lening met niet-marktconforme rente als gemengde schenking moet worden belast (Az. II R 20/22).

Een schenking onder levenden leidt vaak tot een beoogde verrijking van de begunstigde. Met inachtneming van belastingvrije bedragen kan de belastingdienst de schenkbelasting vaststellen. Ook een lening met een rentepercentage dat aanzienlijk lager ligt dan de marktconforme rente kan tot schenkbelasting leiden, aldus het advocatenkantoor MTR Legal, dat onder andere adviseert op het gebied van belastingrecht.

 

Schenking door rentekorting op lening

 

Dit blijkt ook uit de beslissing van het Bundesfinanzhof. De eiser in de betreffende zaak had in verband met de overname van het landbouwbedrijf van zijn vader van zijn zus een lening van rond 1.875.000 euro tegen een rentepercentage van 1 procent ontvangen.

De belastingdienst zag in de kortingsverstrekking van de lening een vrijgevige gift ter grootte van het verschil tussen het verleende rentepercentage van 1 procent en het rentepercentage volgens de waarderingswet van 5,5 procent. Hoewel de marktconforme rente slechts 2,81 procent was, rechtvaardigde de belastingdienst het gebruik van het hogere wettelijke rentepercentage door aan te voeren dat het kredietcontract ook met betrekking tot looptijd, aflossing en verschuldigdheid afweek van marktconforme leningsvoorwaarden, en er daarom geen marktconforme rente voor vergelijkbare leningen kon worden vastgesteld.

Het bezwaar van de eiser tegen de belastingaanslag werd afgewezen door de belastingdienst. Het beschouwde de kortingsverstrekking van de lening als gemengde schenking. Ook de fiscale rechtbank wees de vordering af.

 

Hoger beroep deels succesvol

 

De eiser ging in hoger beroep en betoogde dat er geen vrijgevige gift was. Geen van de betrokkenen was zich bewust van de gedeeltelijke belangeloosheid van de lening. Bovendien had hij leningsaanbiedingen overgelegd die een lager rentepercentage vertoonden dan het volgens de waarderingswet vastgestelde rentepercentage van 5,5 procent.

Het hoger beroep was gedeeltelijk succesvol. De fiscale rechtbank was op basis van de verlaging van de rente terecht uitgegaan van een vrijgevige gift, die onderhevig was aan schenkbelasting. Echter, het hanteerde een verkeerde basis, omdat er een lagere rente dan het wettelijke rentepercentage van 5,5 procent kon worden vastgesteld, aldus het Bundesfinanzhof (BFH).

Het BFH verklaarde verder dat iedere vrijgevige gift als schenking onder levenden geldt, zolang de begunstigde hierdoor ten koste van de gever wordt verrijkt en dit ook de wil van de gever is. De verstrekking van een laagrentende lening moet daarom als vrijgevige gift worden beschouwd. De ontvanger van de laagrentende lening ontvangt een vermogensvermeerdering, die onder de schenkbelasting valt. Het vermogensverlies van de kredietgever ligt erin dat hij afziet van een opbrengst die hij bij marktconforme rente zou hebben behaald.

 

Schenkbelasting aanzienlijk verminderd

 

De voorwaarden voor een vrijgevige schenking die onderhevig is aan schenkbelasting werden vervuld, aldus het BFH. Voor de berekening van de schenkbelasting bij een laagrentende lening is het renteverschil tussen de overeengekomen en de uit de waarderingswet voortvloeiende rente maatgevend. De waarde van 5,5 procent mag volgens § 15 lid 1 BewG alleen worden gehanteerd “als er geen andere waarde bekend is”, benadrukte het BFH.

In de onderhavige zaak had de fiscale rechtbank vastgesteld dat volgens opgave van de Deutsche Bundesbank de effectieve rente bij vergelijkbare leningen 2,81 procent bedroeg. Dit resulteerde voor de belastingplichtige eiser in een gebruiksvoordeel van slechts 1,81 procent. De schenkbelasting werd daardoor met ongeveer 170.000 euro verminderd tot circa 59.000 euro.

Ook al is het goed bedoeld, kunnen leningen met rentevoordeel tot een fiscale belasting leiden. Daarom is het belangrijk om de voorwaarden van een lening met rentevoordeel zodanig in te richten dat de fiscale belasting zo gering mogelijk is.

 

MTR Legal Rechtsanwälte adviseert over schenkbelasting en andere onderwerpen van belastingrecht.

Neem gerust contact met ons op!

Heeft u een juridisch probleem?

Plan uw consultatie – Kies uw gewenste tijd online of bel ons.
Landelijke Hotline
Nu bereikbaar

Nu terugbellen boeken

of schrijf ons!