Aandelen in beleggingsfondsen kunnen beïnvloed worden door belasting bij emigratie naar het buitenland
Bij het verplaatsen van de woonplaats van Duitsland naar het buitenland kan een zogenoemde emigratiebelasting van toepassing zijn. Met de goedkeuring van de wet op de jaarlijkse belasting 2024 is de emigratiebelasting aangescherpt. Vanaf 2025 omvat het ook de opbrengsten uit bepaalde beleggingsfondsen, wanneer de belastingplichtige zijn woonplaats of hoofddomicilie naar het buitenland wil verplaatsen.
Nadat de Bundesrat op 22 november 2024 zijn goedkeuring heeft verleend aan de wet op de jaarlijkse belasting 2024 en deze begin december 2024 in het Bundesgesetzblatt is gepubliceerd, kunnen de bepalingen en wijzigingen in werking treden. Een belangrijke wijziging betreft de zogenoemde emigratiebelasting. Tot nu toe betrof de emigratiebelasting slechts aandelen in kapitaalvennootschappen of coöperatieaandelen in privébezit vanaf een deelnemingsbedrag van 1 procent. Wanneer de woonplaats naar het buitenland wordt verplaatst, wordt er belasting geheven op de fictieve vermogenswinst van de aandelen, aldus de advocatenkantoor MTR Legal Rechtsanwälte, die o.a. adviseren in belastingrecht.
Fictieve vermogenswinst wordt belast
In geval van emigratie of het verplaatsen van het hoofddomicilie naar het buitenland behandelt de staat de aandelen alsof ze verkocht zijn en belast vervolgens de fictieve vermogenswinst. Wettelijk is de emigratiebelasting geregeld in § 6 van de Außensteuergesetz (AStG).
Tot nu toe vielen aandelen in beleggingsfondsen en ETF’s of een speciaal beleggingsfonds in privébezit niet onder deze belasting, maar dat gaat veranderen. Er zal belasting worden geheven wanneer de belastingplichtige belegger in de afgelopen vijf jaar minstens 1 procent van de uitgegeven aandelen heeft gehouden of wanneer de aanschafkosten voor de aandelen minstens 500.000 euro hebben bedragen. De belasting wordt geheven door het beëindigen van de onbeperkte belastingplicht in Duitsland, bijv. door emigratie of het verplaatsen van het hoofddomicilie naar het buitenland. Voorwaarde voor de belasting is een fictieve vermogenswinst. Bovendien moet de belegger minstens zeven van de laatste twaalf jaar in Duitsland onbeperkt belastingplichtig zijn geweest en de aandelen in zijn privévermogen houden.
Bij aandelen in speciale beleggingsfondsen wordt altijd aangenomen dat er sprake is van een “gewichtige” deelneming. Drempels zoals 1 procent van de aandelen of aanschafkosten zijn in deze gevallen daarom niet voorzien.
Last voor beleggers
Beleggers worden bij emigratie uit Duitsland dus behandeld alsof ze hun aandelen hebben verkocht. De fictieve winst moet worden belast, hoewel er feitelijk geen liquiditeitsstroom is. Dit kan tot een financiële last worden als de woonplaats naar het buitenland verplaatst moet worden. Regelingen voor uitstel van de emigratiebelasting of terugkeerregelingen zijn analoog aan § 6 AStG toepasbaar.
Gezien de mogelijke belastingdruk moet de emigratie goed worden voorbereid en moet de eigen beleggingsportefeuille worden herzien en indien nodig worden geherstructureerd met het oog op een mogelijke emigratiebelasting.
Beperkingen op verliesverrekening vervallen
De wet op de jaarlijkse belasting 2024 brengt ook verlichting voor beleggers: de beperking op verliesverrekening voor termijncontracten wordt opgeheven. Verliezen uit risicovolle termijncontracten kunnen nu weer volledig worden verrekend met winsten uit andere kapitaalbeleggingen. Voorheen was dit beperkt tot een bedrag van 20.000 euro per jaar en moesten winsten en verliezen voortkomen uit transacties van dezelfde soort. Deze beperking gold niet alleen voor hoog speculatieve termijncontracten zoals CFD’s of futures, maar ook voor waardeloze aandelen of bedrijfsdeelnemingen.
De beperking op verliesverrekening veroorzaakte dat er belasting moest worden betaald op winsten die uiteindelijk feitelijk niet zijn gerealiseerd. In een zaak voor het Bundesfinanzhof (BFH) had de eiser winsten uit termijncontracten van 250.000 euro behaald. Daartegenover stonden verliezen van 227.000 euro, maar het belastingkantoor verrekende de verliezen slechts tot het wettelijke maximum van 20.000 euro. Het resultaat was dat de belegger in het betwiste jaar ongeveer 60.000 euro belasting moest betalen, hoewel zijn winst slechts 23.000 euro bedroeg. De BFH had constitutionele bezwaren tegen de verrekeningsbeperking, die de wetgever nu heeft afgeschaft.
Wet op de jaarlijkse belasting 2024 brengt belangrijke wijzigingen
Met de aanscherping van de emigratiebelasting en het vervallen van de beperking op verliesverrekening brengt de wet op de jaarlijkse belasting 2024 twee belangrijke wijzigingen voor beleggers, die navenant in aanmerking moeten worden genomen.
MTR Legal Rechtsanwälte adviseren in belastingrecht.
Neem gerust contact met ons op!