Vaderschapstest bij eeneiige tweelingen

News  >  Familienrecht  >  Vaderschapstest bij eeneiige tweelingen

Arbeitsrecht-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte
Steuerrecht-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte
Home-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte
Arbeitsrecht-Anwalt-Rechtsanwalt-Kanzlei-MTR Legal Rechtsanwälte

Besluit van het OLG Oldenburg van 14.01.2025 – Az.: 13 WF 93/24

Wie is de vader? Deze vraag houdt kinderen, ouders en rechtbanken bezig. In de regel kan deze vraag door een vaderschapstest worden beantwoord. Indien echter eeneiige tweelingen als vader in aanmerking komen, wordt het ingewikkelder. Het OLG Oldenburg heeft nu met besluit van 14 januari 2025 duidelijk gemaakt dat voor de ondubbelzinnige vaststelling van het vaderschap de sequenering van het volledige genoom kan worden bevolen en dat dit voor de tweelingbroers ook redelijk is (Az.: 13 WF 93/24).

De vaststelling van het vaderschap is niet alleen emotioneel voor het kind en mogelijke vader van belang, maar heeft ook juridische gevolgen, bijvoorbeeld met betrekking tot het gezag, alimentatieclaims of erfrechtelijke aanspraken en fiscale gevolgen. Volgens het wetboek is degene de vader die op het moment van de geboorte van het kind met de moeder getrouwd was, het vaderschap heeft erkend of van wie het vaderschap gerechtelijk is vastgesteld. De gerechtelijke vaststelling kan nodig zijn als de moeder niet getrouwd was, een erkenning van het vaderschap is afgewezen of niemand het vaderschap heeft erkend. Zowel het kind als de moeder en de mogelijke vader kunnen de vaststelling van de afstamming bij de bevoegde familierechtbank aanvragen.

Toestemming voor vaderschapstest

De rechtbank beveelt dan in de regel een DNA-test aan ter vaststelling van het vaderschap. Voorwaarde is in principe dat alle betrokkenen het daarmee eens zijn. Maar ook als deze instemming ontbreekt, kunnen het kind, de moeder of de potentiële vader volgens § 1598a BGB recht hebben op toestemming voor een genetisch onderzoek om de biologische afstamming te verduidelijken, aldus de juridische adviespraktijk MTR Legal Rechtsanwälte, die o.a. in familierecht adviseert.

Sequenering van het volledige DNA

In de zaak bij het OLG Oldenburg bleek de vaststelling van het vaderschap wat gecompliceerder, want als vader kwamen twee eeneiige tweelingbroers in aanmerking. Een eenvoudige speekseltest had aangetoond dat een van de tweelingen de vader is. Onzeker bleef echter wie daadwerkelijk de vader is. Dat kon niet door het DNA-rapport worden vastgesteld.

Om het vaderschap vast te stellen, zou het volledige DNA door een sequenering onderzocht moeten worden. Daarbij kunnen ook minimale veranderingen in het DNA worden vastgesteld en kunnen de tweelingen worden onderscheiden. Zo zou de vader bepaald kunnen worden. De tweelingbroers weigerden echter hun toestemming voor de test. Daarmee hadden ze echter geen succes bij het OLG Oldenburg.

Verplichting tot gedogen van onderzoeken ter vaststelling van afstamming

Het OLG maakte duidelijk dat elke persoon onderzoek ter vaststelling van de afstamming moet gedogen, voor zover het onderzoek van haar kan worden vereist. Deze gedoogplicht betreft zowel betrokkenen als getuigen en dus ook beide tweelingbroers.

De verdere bewijsverkrijging is ook noodzakelijk, omdat het vaderschap tot nu toe niet is vastgesteld en er twijfels zijn over de verklaringen van de moeder. Het beoogde rapport is een geschikt bewijsmiddel om het vaderschap vast te stellen, want het is juist bedoeld om de genetische verschillen tussen de tweelingen vast te stellen die genetisch aan het kind overgedragen kunnen zijn.

Recht van het kind op kennis van zijn afstamming weegt zwaarder

Het OLG Oldenburg wees wel op het feit dat de zogenaamde “whole genome sequencing” de volledige DNA van de betrokkenen omvat en, anders dan een “genetische vingerafdruk”, ook conclusies toestaat over psychische, karakter- of ziektegerelateerde persoonlijkheidskenmerken en daardoor het recht op informele zelfbeschikking van de betrokkenen zou kunnen schenden. Dit recht omvat ook om zijn erfelijke eigenschappen niet openbaar te maken. Daartegenover staat echter het recht van het kind om zijn afstamming te kennen. De kennis van zijn eigen afstamming kan van groot belang zijn voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid.

Ook al biedt de sequencing van het volledige genoom geen garantie dat de vader wordt vastgesteld, dient in de totale afweging het recht van het kind voorrang te krijgen, aldus het OLG Oldenburg. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat alleen de twee tweelingbroers als vader in aanmerking komen. Het verdere onderzoek is voor hen ook redelijk.

Het OLG heeft de juridische klacht bij het BGH toegestaan.

MTR Legal Rechtsanwälte adviseert in vragen van vaderschap en afstamming alsook in andere onderwerpen van familierecht landelijk in Duitsland.
Neem gerust contact met ons op!