Maakt het gedrag van een lid van de raad van commissarissen de verdere samenwerking onaanvaardbaar, dan komt een voortijdige afzetting in aanmerking. Dat heeft het OLG Karlsruhe onlangs bevestigd (Az. 1 W 85/21).
Leden van de raad van commissarissen kunnen om gewichtige redenen voortijdig worden afgezet. De wetgever heeft echter niet vastgelegd wanneer er sprake is van een gewichtige reden. In de rechtspraak wordt overwegend aangenomen dat de afzetting om gewichtige redenen is toegestaan als de verdere samenwerking met het lid van de raad van commissarissen niet meer aanvaardbaar is. Deze opvatting is door het OLG Karlsruhe op 1 maart 2022 bevestigd, verklaart het advocatenkantoor MTR Legal.
De rechtbank Mannheim had in oktober 2021 op verzoek van de raad van commissarissen het lid van de raad afgezet. Het beroep tegen deze beslissing had bij het OLG Karlsruhe geen succes.
De appellant was lid van de ondernemingsraad en werd in 2019 als vakbondsvertegenwoordiger lid van de raad van commissarissen van een naamloze vennootschap. Hij gaf in juni 2021 toe aan de vennootschap dat hij e-mails had verwijderd en inhoudelijk had gewijzigd om een ander toenmalig lid van de raad van commissarissen en ondernemingsraad te ontlasten van de beschuldiging van ongeoorloofd verlof. De consequentie van dit gedrag liet niet lang op zich wachten: Het dienstverband werd buitengewoon beëindigd en de raad van commissarissen besloot bovendien een gerechtelijke afzetting van de appellant aan te vragen.
Het OLG Karlsruhe bevestigde nu de inschatting van de rechtbank Mannheim dat de afzetting om gewichtige redenen toelaatbaar was. Door het verwijderen en manipuleren van e-mails had de appellant het voor zijn functie als lid van de raad van commissarissen essentiële vertrouwen in zijn persoonlijke integriteit en betrouwbaarheid vernietigd. Hij had zich daarmee ongeschikt voor de functie van commissaris, die ook toezicht op de raad van bestuur inhoudt, getoond, aldus de rechtbank. Dat veranderde niet door het feit dat het gedrag van de appellant buiten de eigenlijke taken van een commissaris lag en hij de e-mails later had hersteld en beschikbaar had gesteld aan de vennootschap. Voor de afzetting als commissaris bestond er een gewichtige reden in de persoon van de appellant, aldus het OLG Karlsruhe.
In het vennootschapsrecht ervaren advocaten kunnen besturen en raden van commissarissen adviseren.