Baanbrekend vonnis van de Bundesfinanzhof, Az.: IX R 13/22
Koopt een erfgenaam een nalatenschapsdeel van de erfgenaamschap en verkoopt vervolgens een onroerend goed uit de nalatenschap, dan is er geen inkomstenbelasting verschuldigd. Dat heeft de Bundesfinanzhof in een vonnis van 26 september 2023 bepaald (Az.: IX R 13/22).
Wordt een onroerend goed gekocht en binnen de speculatieperiode van tien jaar doorverkocht, dan is er inkomstenbelasting verschuldigd over de winst. De Bundesfinanzhof heeft nu in een baanbrekende beslissing vastgesteld dat de belasting echter niet verschuldigd is, wanneer een erfgenaam de nalatenschapsdelen van de overige erfgenaamschap overneemt en een tot de nalatenschap behorend onroerend goed doorverkoopt. Dan is er geen sprake van een klassieke privéverkooptransactie, vroeger een speculatieve transactie, legt het advocatenkantoor MTR Legal uit dat o.a. in belastingrecht adviseert.
Eiser neemt delen van de erfgenaamschap over
In de onderliggende zaak had de eiser 52 procent van de nalatenschap van zijn overleden vrouw geërfd. De rest ging naar de twee kinderen van de erflater. Tot de nalatenschap behoorde ook een stuk grond. De man kocht het erfdeel van de kinderen af en werd zo ook de enige eigenaar van het stuk grond dat hij vervolgens verkocht. Omdat er geen tien jaar waren verstreken tussen de aankoop en verkoop van het stuk grond, zag de bevoegde belastingdienst de verkoop als een privéverkooptransactie en belastte de winst dienovereenkomstig.
BFH: Geen klassieke privéverkooptransactie
Tegen de belastingaanslag verzette de eiser zich succesvol. De BFH gaf de eiser gelijk. Als motivatie legde hij uit dat de aankoop van aandelen van een erfgenaamschap niet gelijkgesteld kan worden met de aankoop van een onroerend goed uit de erfenis. Voorwaarde voor belastingheffing is dat het verkochte stuk grond ook eerder aangeschaft is. Dat is niet het geval bij de overname van aandelen van een erfgenaamschap. Er is geen sprake van een klassieke privéverkooptransactie in de zin van § 23 EStG als de aandelen van andere erfgenamen worden overgenomen en later een tot de nalatenschap behorend onroerend goed wordt verkocht, stelde de BFH duidelijk.
Met deze uitspraak is de Bundesfinanzhof afgeweken van zijn eerdere jurisprudentie. Bij onroerend goed in de nalatenschap moeten erfgenaamschappen opletten hoe zij daarmee willen omgaan om een verkoop fiscaal geoptimaliseerd te realiseren.
MTR Legal Rechtsanwälte adviseert in belastingrecht en bij fiscale geschillen met de belastingdienst.
Neem gerust contact met ons op!
