Huidige stand van de procedure 8 AZR 117/24 bij het Bundesarbeitsgericht
Op 13 juni 2024 heeft de Achtste Kamer van het Bundesarbeitsgericht (BAG) onder het dossiernummer 8 AZR 117/24 een volgende processtap in het kader van een lopend juridisch geschil gepubliceerd. Onderwerp van de procedure is de geldigheid en arbeidsrechtelijke toelaatbaarheid van een reguliere ontslagname alsook de geldigheid van een eventueel aanvullend gesloten beëindigingsovereenkomst met een werknemer. De procedure vindt daarmee uitdrukkelijk plaats onder voorbehoud van verdere juridische toetsing en beslissing door het Bundesarbeitsgericht.
Achtergrond van de zaak en tot nu toe verloop
De arbeidsrechtelijke procedure 8 AZR 117/24 betreft juridische geschillen in verband met de beëindiging van de arbeidsovereenkomst van een werknemer door zijn werkgever. Terwijl de exacte feiten nog aan de definitieve vaststelling door de rechtbank zijn voorbehouden, werd de geldigheid van het gegeven reguliere ontslag door de betrokken werknemer aangevochten. Parallel staat ook een mogelijk overeengekomen beëindigingsovereenkomst tussen de partijen centraal in het onderzoek.
In de tot nu toe gevolgde instanties was reeds het Landesarbeitsgericht (LAG Hamburg) met het geschil belast en sprak op 8 februari 2024 een beslissing uit (zaaknr.: 3 Sa 17/23). De details van deze beslissing en haar motivering zullen worden meegenomen in de huidige procedure bij het Bundesarbeitsgericht.
Juridische vraagstukken
Toelaatbaarheid en gepastheid van het ontslag
Centrale juridische vraag is of het door de werkgever gegeven ontslag voldoet aan de vereisten van de Kündigungsschutzgesetz (KSchG) en of aan de formele en materiële vereisten voor een rechtsgeldige beëindiging van de arbeidsovereenkomst is voldaan. Daartoe behoren met name de correcte raadpleging van de ondernemingsraad conform § 102 BetrVG, de inachtneming van bijzondere ontslagbeschermingsbepalingen ten gunste van beschermingsbehoeftige werknemers, en de naleving van de schriftelijkheidsvereiste volgens § 623 BGB.
Geldigheid van een aanvullende beëindigingsovereenkomst
Een bijkomend aspect van de procedure betreft een mogelijk naderhand overeengekomen beëindigingsovereenkomst tussen de partijen. De rechtbank zal in het kader van haar verdere beoordeling dienen te onderzoeken of de beëindigingsovereenkomst geldig tot stand is gekomen en of aan alle dwingende vormvereisten, met name met betrekking tot een eventueel herroeping of aanvechting, is voldaan. Bij beëindigingsovereenkomsten doen zich vaak vragen voor omtrent vrijwilligheid, inachtneming van termijnen en mogelijke overrumplingsituaties, die door de rechtbank onderzocht dienen te worden.
Voortbestaan van de arbeidsovereenkomst en aanspraken uit betalingsverzuim
Totdat er een rechterlijke beslissing is, bestaat er in principe onzekerheid over het voortbestaan van de arbeidsovereenkomst. Dit kan aanzienlijke gevolgen hebben voor aanspraken op loon wegens betalingsverzuim van de werkgever (§ 615 BGB) of op eventuele ontslagvergoedingen. Het verdere verloop van de procedure zal uitwijzen of en in hoeverre dergelijke aanspraken bestaan.
Relevantie van de uitspraak en betekenis voor de praktijk
Gevolgen voor de vormgeving van beëindigingen van arbeidsovereenkomsten
De procedure 8 AZR 117/24 is van groot belang met betrekking tot de contractuele en wettelijke randvoorwaarden bij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. De uitspraak zal naar verwachting verduidelijken onder welke omstandigheden een beëindigingsovereenkomst naast een ontslag toelaatbaar en rechtsgeldig is en in hoeverre werknemers de mogelijkheid hebben zich tegen een dergelijke combinatie te verzetten.
Rechtszekerheid voor ondernemingen en werknemers
De te verwachten uitspraak zal zowel voor werkgevers als voor werknemers duidelijkheid verschaffen omtrent de vereisten voor een juridisch zekere beëindiging van arbeidsovereenkomsten. Ondernemingen krijgen daardoor concrete handvatten om toekomstige arbeidsrechtelijke beëindigingen transparant en juridisch houdbaar vorm te geven.
Huidige stand van de procedure en vooruitblik
Aangezien de procedure momenteel nog bij het Bundesarbeitsgericht aanhangig is, moet uitdrukkelijk worden opgemerkt dat de definitieve rechterlijke beoordeling, met name van de feitelijke en juridische situatie, nog uitstaat. Het vermoeden van onschuld en het principe dat pas met een onherroepelijke beslissing van het Bundesarbeitsgericht definitief wordt beslist over de geldigheid van het ontslag en eventuele beëindigingsovereenkomsten, zijn van toepassing.
Bron
De informatie over de stand van de procedure 8 AZR 117/24 is gebaseerd op de officiële mededeling van het Bundesarbeitsgericht: 8 AZR 117/24 – Bundesarbeitsgericht.
Bij juridische vragen over beëindiging van arbeidsovereenkomsten, ontslag of beëindigingsovereenkomsten staat het team van MTR Legal Rechtsanwalt bedrijven, investeerders en vermogende particulieren met uitgebreide ervaring op het gebied van arbeids- en ondernemingsrecht terzijde.