Ontbrekende handtekening van een arbiter – BGH I ZB 34/23
Een besluit van een scheidsgerecht kan in uitzonderlijke gevallen ook rechtsgeldig zijn als slechts twee van de drie arbiters het vonnis hebben ondertekend. Dit maakte het BGH op 11 juli 2024 duidelijk in een besluit (Az.: I ZB 34/23).
Een arbitrageprocedure kan voor- en nadelen hebben ten opzichte van een rechtsgang. Zo kan een arbitragevonnis eventueel gemakkelijker afdwingbaar zijn dan een rechterlijke uitspraak. Een arbitragevonnis is in de regel echter alleen rechtsgeldig als het door alle arbiters eigenhandig is ondertekend. Indien een arbiter zijn handtekening niet persoonlijk kan zetten, moet ten minste een verhinderingnota en de reden van de verhindering worden vermeld, aldus de advocatenkantoor MTR Legal, die haar cliënten ook begeleidt in de procesvoering en bij arbitrageprocedures.
De BGH heeft nu beslist dat een arbitragevonnis bij wijze van uitzondering ook rechtsgeldig kan zijn als het slechts door twee van de drie arbiters is ondertekend.
Hoge schadevergoedingseis
In deze zaak ging het om een juridisch geschil tussen twee concerns. De verzoekster had van het andere bedrijf zeven bedrijfssegmenten overgenomen. Voor elk van deze segmenten had de verweerster een Financial Fact Book (FFB) opgesteld en daarvoor de garantie overgenomen. De FFB bevatten een identieke clausule, volgens welke “alle betwiste schadevergoedingseisen” definitief door een scheidsgerecht worden beslist. Het scheidsgerecht bestaat volgens de clausule uit drie arbiters, waarbij elke partij respectievelijk één arbiter mag aanwijzen.
De verzoekster is van mening dat de verweerster haar garantie voor de FBB heeft geschonden en eiste daarom met haar arbitragevordering een schadevergoeding van 1,6 miljard euro.
„signature could not be obtained“
Het scheidsgerecht wees de vordering af. Het arbitragevonnis was echter alleen ondertekend door twee arbiters. De handtekening van de door de verzoeker aangewezen arbiter ontbrak. Onder zijn voorbedrukte naam stond alleen de toevoeging „signature could not be obtained“ (handtekening kon niet worden verkregen).
De verzoekster verzocht om opheffing van het arbitragevonnis of subsidiair vaststelling van de ongeldigheid van het arbitragevonnis. Zij beredeneerde dit door te stellen dat haar recht op hoor en wederhoor in de arbitrageprocedure was geschonden. Daarnaast was er geen reden gegeven voor het ontbreken van de handtekening van een arbiter. Het arbitragevonnis was daarom niet rechtsgeldig.
Arbitragevonnis moet aan formele eisen voldoen
Het OLG Frankfurt had het verzoek tot opheffing weliswaar afgewezen, maar de ongeldigheid van het arbitragevonnis vanwege de ontbrekende handtekening bevestigd. Tegen deze beslissing gingen beide partijen in beroep.
De BGH stelde eerst vast dat een arbitragevonnis dat niet aan de formele vereisten voldoet, geen arbitragevonnis volgens § 1059 lid 1 ZPO (Duitse wet op de burgerlijke rechtsvordering) is. In het onderhavige geval waren de formele eisen ook wat betreft de opgave van een reden voor de ontbrekende handtekening van een arbiter echter vervuld. Het OLG Frankfurt was ervan uitgegaan dat er geen reden voor de ontbrekende handtekening van de arbiter was gegeven. Deze beoordeling was echter onjuist. Want met de aanwijzing dat de handtekening niet verkregen kon worden, was de reden voor het ontbreken van de handtekening al in de zin van § 1054 lid 1 zin 2 ZPO opgegeven, voerde de BGH aan.
Absolute meerderheid voldoende
De BGH verduidelijkte verder dat volgens § 1054 lid 1 ZPO de handtekening van de absolute meerderheid van de arbiters vereist maar ook toereikend is. Op die manier kan worden voorkomen dat arbiters een rechtsgeldig arbitragevonnis verhinderen. De opgave van een reden voor de ontbrekende handtekening moet volgens de herziening van § 1054 ZPO niet beperkt zijn tot het niet kunnen verkrijgen van de handtekening, maar ook andere redenen voor het ontbreken van een handtekening toestaan, aldus de rechters van Karlsruhe. Zo ligt er ook in dit geval een rechtsgeldig arbitragevonnis voor, oordeelde de BGH.
De BGH heeft het belang van de arbitrage versterkt. Of een gerechtelijke procedure of een arbitrage de betere mogelijkheid is om een conflict op te lossen, hangt af van een aantal factoren die in overweging moeten worden genomen.
MTR Legal heeft veel ervaring in de procesvoering en adviseert ook bij arbitrageprocedures.
Neem gerust contact met ons op!